Vorig jaar zijn de inkomensgrenzen in de huurtoeslag vervallen. Deze wijziging werd op 1 januari 2020 in de Wet op de huurtoeslag van kracht, waarbij er in het geval van een inkomensstijging de huurtoeslag vanaf dat moment via een langdurig inkomenstraject afgebouwd wordt.
Was het in het verleden nog zo dat jouw recht op een huurtoeslag verviel als je inkomen nét boven deze grens uitkwam, dan is dit nu niet meer het geval. Dus zelfs wanneer jouw inkomen (plus die van je mogelijke partner) een beetje hoger uitvalt, dan kun je toch nog gewoon wat huurtoeslag ontvangen.
Huurtoeslag 2021
In de praktijk komt het er min of meer op neer dat het soms mogelijk is om een huurtoeslag te krijgen als jij als alleenstaande over een inkomen van tot ongeveer € 31.000 beschikt, of € 41.000 in het geval van een gezin.
De snelste manier om erachter te komen of jij ook in 2021 recht op de huurtoeslag hebt, is door de rekenhulp op de website van de Belastingdienst te gebruiken. Indien daaruit blijkt dat jouw geschatte inkomen je het recht op deze toeslag geeft, dan kun je daaropvolgend met je persoonlijke DigiD inloggen en direct al die huurtoeslag aanvragen.
Voor de lage inkomens bedoeld
In principe is de huurtoeslag voor al die personen en gezinnen met een laag inkomen bedoeld, waarbij degenen met een laag inkomen een hogere huurtoeslag ontvangen dan die meer verdienen. De hoogte van de huur zal hier natuurlijk ook van invloed op zijn.
De bedragen van dit lage inkomen schuiven echter ieder jaar weer een beetje op. De overheid beschouwd de volgende inkomens in 2021 als ‘laag’:
- Alleenwonenden, die nog geen AOW ontvangen en met een inkomen dat minder dan €23.725 is
- Niet- alleenwonenden, zonder AOW en die minder dan €32.200 verdienen
- Alleenwonenden met een AOW inkomen die minder dan €23.650 ontvangen
- Niet-alleenwonenden met AOW inkomsten, die jaarlijks minder dan €32.075 krijgen
Het is daarnaast belangrijk om te weten dat deze huurtoeslag ook aangevraagd kan worden voor een uitwonende jongere. Dit kan omdat je met je 18e jaar al recht hebt op een huurtoeslag. Althans, als de huurder een zelfstandige woonruimte huurt.
Huurbedrag voor het berekenen van de huurtoeslag 2021
Voor de aanvraag van de huurtoeslag mag de huurder naast de kale huur, ook de volgende servicekosten opgeven:
- Schoonmaakkosten voor mogelijke gemeenschappelijke ruimten
- Energiekosten voor deze gemeenschappelijke ruimten
- De kosten voor de diensten van een huismeester, conciërge, of vergelijkbaar
De totale optelsom van de bovenstaande kosten wordt soms ook wel de subsidiabele huur of de rekenhuur genoemd. Dit is het bedrag waar de belastingdienst jouw huurtoeslag over zal gaan berekenen.
Geldt voor diverse soorten huurwoningen
Het kunnen ontvangen van de huurtoeslag is verder niet afhankelijk van wie je jouw woning huurt. Dit mag dus een woningcorporatie zijn, of eentje van een particuliere woningverhuurder.
Een uitspraak van de Raad van State (uit 2019) zorgde er tevens voor dat sommige tijdelijke bewoners van een recreatiewoning ook voor een huurtoeslag in aanmerking kunnen komen. Dit is echter enkel het geval wanneer de desbetreffende gemeente van de woning via een omgevingsvergunning aantoont dat het akkoord is gegaan met de tijdelijke bewoning van dit pand.
De reden dat huurders van een recreatiewoning voor een huurtoeslag in aanmerking kunnen komen, is dat deze vaak als zogenaamde ‘pauzewoningen’ gezien worden voor personen met een acute woonvraag.
Wet eenmalige huurverlaging 2021
En dan is er nog de wet eenmalige huurverlaging. Deze wet geldt voor huurders met een lager inkomen. Het zorgt ervoor dat de huurders van een sociale huurwoning die daarvoor een kale huurprijs (de huur zonder servicekosten) tussen de € 633,25 en € 752,33 per maand betalen, en daarnaast over een relatief laag inkomen beschikken, in 2021 een eenmalige huurverlaging krijgen.
Meer informatie over de voorwaarden voor een eenmalige huurverlaging in 2021 was op een speciale pagina van de rijksoverheid terug te vinden. Deze pagina is inmiddels verwijderd. Hierop was ook te lezen dat de mogelijke huurverlaging van invloed op de huurtoeslag kan zijn. Het positieve nieuws is echter dat de begunstigden er per saldo altijd op vooruit zullen gaan.
Theoretisch is het zo dat wanneer een huurder zelf zijn of haar aanvraag doet en naar aanleiding daarvan voor een eenmalige huurverlaging in aanmerking komt, de woningcorporatie die aanvrager binnen drie weken na ontvangst van de actuele inkomensgegevens een voorstel tot huurverlaging moet doen. De huurder kan overigens nog tot 31 december 2021 zo’n aanvraag voor een eenmalige huurverlaging indienen.
Het is belangrijk om te weten dat het mogelijke recht op deze huurverlaging enkel bij een woningcorporatie geldt, dus niet in de vrije woningsector.
Huurbevriezing sociale huurwoningen
Het is als laatste fijn om te weten dat de jaarlijkse huuraanpassing voor sociale huurwoningen op 23 maart van dit jaar op nul procent is vastgesteld. Dat betekent dat deze huren, ongeacht de verhuurder, in 2021 bevroren worden. Deze huurbevriezing zal voor de periode van 1 juli 2020 tot en met 30 juni 2022 gelden.
