Wat is een start-up?

De term ‘start-up’ is vaak wat lastig uit te leggen. Het is geen officiële term, maar eerder een omschrijving van een type onderneming (net zoals een ‘ freelancer’  bijvoorbeeld). Er is geen harde definitie van het begrip, en iedereen is daarom vrij om zijn of haar onderneming een start-up te noemen.

Een start-up is veel meer is dan een ambitieus groentje in het bedrijfsleven. Ook weten we dat je een start-up niet kan inschrijven bij de Kamer van Koophandel, zoals een eenmanszaak dat bijvoorbeeld wel kan.

Er wordt geadviseerd om de term start-up te gebruiken, vooral als je in contact staat met potentiële investeerders, als je in ieder geval voldoet aan de volgende vijf voorwaarden:

1.     Jouw bedrijf is jong. Het gaat erom dat je een nieuwkomer bent in het bedrijfsleven. Met nieuwkomer bedoelen we dan: het liefst niet ouder dan vijf jaar. Behalve als je voor die tijd ook een start-up was, dan mag je er best een aantal jaren bij optellen. Sommigen vinden dat een start-up maximaal drie jaar oud mag zijn. Maar wanneer er een lange aanloopperiode aan vooraf is gegaan, bijvoorbeeld omdat het idee nog moest worden gepatenteerd, is het normaal om na drie jaar het bedrijf nog een start-up te noemen.

2.   Ambitieus. Ambitieus betekent in dit geval dat jouw bedrijf een miljoenenomzet of meer zou moeten nastreven. Daarom heeft een start-up altijd personeel; enorme ambities kunnen alleen nagestreefd kunnen worden met de hulp van meerdere mensen. We kunnen daarmee stellen dat zzp’ers dus geen start-up kunnen zijn. Personeel kost geld en daarom zou over de jaren de winst van een start-up hoog moeten op lopen, mits alles vloeiend verloopt. Aan de andere kant is het niet ongebruikelijk dat start-ups in het begin voornamelijk leven van het geld van de investeerders. Ze geven in die beginjaren veel geld uit aan medewerkers en investeren fors in de vervaardiging van het product. Verlies draaien is dan een normaal gevolg, maar dat geeft wederom aan hoe ambitieus het bedrijf is.

3.     Prototype, patent, pivot, of eigen branche. Start-ups komen vaak het bedrijfsleven binnen met een nieuw product of een nieuwe dienst. Daarom werken ze in de beginperiode vaak aan het prototype. Het is gebruikelijk dat achteraf blijkt dat een deel van de dienst toch niet helemaal aan slaat, maar een ander onderdeel wel. Dan kiest het bedrijf er natuurlijk voor om het deel dat wel werkt door te ontwikkelen, en dit wordt een ‘pivot’ genoemd. Er zijn ook start-ups die met een al bestaand product of bestaande dienst komen. Het is logisch dat zij extra hard hun best moeten doen om op te vallen en impact te maken in hun sector.

4.     De impact moet enorm zijn, het liefst wereldwijd. Een start-up moet als het wijze de wereld willen veroveren. Veel beroepen verkopen uren, en daarmee is het lastig om veel impact te maken. Softwarebedrijven zijn een goed voorbeeld van ondernemingen die vaak een schaalbaar product hebben, klaar voor groei.

5.   Innovatief. Je start-up moet vernieuwend zijn. Echter, als jij met een bestaande techniek toch vernieuwend weet te zijn, kom je daar ook nog wel mee weg. Als jij een nieuwe sieraden winkel opent, ben je een starter, maar geen start-up omdat jouw product of idee niet innovatief is. In het geval van Uber weten we dat taxi’s niks nieuws zijn, maar het achterliggende bedrijfsmodel is dat wel, wat dit een start-up maakt. Uber heeft het leven van veel mensen op positieve wijze veranderd met hun dienst, door een taxi dienst aan te bieden die werkt via een app en die veel goedkoper is dan een ‘gewone’ taxi.

Waarom wordt het woord ‘start-up’ toch zoveel gebruikt?

Ondanks dat de bovenstaande voorwaarden niet erg gemakkelijk te realiseren zijn, wordt er toch vaak over ‘start-ups’ gesproken in de media. Dat maakt een artikel nou eenmaal veel interessanter. Daarnaast willen investeerders en andere stakeholders de start-up vaak ook een beetje bekendheid meegeven.

Tegenwoordig is de term ‘start-up’ een modewoord geworden, en wordt het vaak als een jong en hip bedrijf omschreven. Dat kan kloppen, maar het blijft moeilijk om precies te definiëren wat nu precies een start-up is, en wat niet. Innovatief en schaalbaarheid zijn kenmerken van een start-up, maar het moet voor de rest zich ook houden aan de regels van een ‘gewoon’  bedrijf. Zo moet een start-up net zo goed een ondernemingsplan hebben, er moet personeel aan boord zijn, en het product moet op de juiste manier in de markt gezet worden.

Scale-ups

Scale-ups zijn start-ups die al wat ouder zijn en ondertussen hun eerste mijlpalen hebben bereikt. Wanneer een bedrijf op nationaal gebied marktleiderschap heeft laten zien, betekent dat succes. Door als start-up na vijf jaar verder te laten gaan als scale-up, kan het bedrijf zijn verdiende status behouden. Dit maal als een bedrijf dat aan het opschalen is.

Uit onderzoek is echter gebleken dat slechts één op de tweehonderd bedrijven die door de eerste vijf jaar heen komen zich een scale-up kunnen noemen, waarbij ze op z’n minst 10 miljoen dollar omzetten.

Van start-up naar scale-up

Start-ups hebben in de meeste gevallen een businessmodel dat schaalbaar en herhaalbaar is: het product wordt één maal ontworpen, en kan keer op keer worden verkocht. Als meer mensen het product gaan gebruiken, is het essentieel dat de start-up kan meegroeien.

Het is vooral van belang om een marktaandeel te bemachtigen en in een zo kort mogelijke periode te groeien. Er is veel tijd, geld, en personeel nodig om het concept uit te breiden, en om eraan te verdienen. Een start-up is een risico, omdat het in de eerste jaren vaak verlies draait. De sterksten zullen overleven, de anderen gaan vaak failliet.

Langzaamaan moet het bedrijf succes krijgen. Een beursgang wordt beschouwd als een succes, of het bereiken van een bedrijfswaarde van één miljard dollar (ook wel de ‘unicorn-status’ genoemd). In zo’n geval wordt er over scale-ups gesproken.

Besef dat niet elke start-up de mogelijkheden heeft om door te groeien naar een scale-up. Dit hangt af van de financiële situatie, maar ook als er weinig vraag is naar het product of de dienst kan dat groei in de weg staan.

Hoe financieer je een start-up?

Zoals je hebt kunnen lezen, groeit een start-up vaak snel waardoor er gemakkelijk verlies wordt gedraaid. Er moet eerst geïnvesteerd worden voordat er iets verdiend kan worden. Om een start-up of scale-up te kunnen financieren, zou je een bedrijfslening of bedrijfskrediet kunnen aanvragen, maar in de meeste gevallen heb je daarnaast extra startkapitaal nodig.

Wat maakt een start-up succesvol?

De start-up moet winst maken, impact in zijn sector maken en een positieve verandering aanbrengen in de maatschappij. Omdat een start-up vaak veel geld moet investeren, is het vanzelfsprekend dat winst vaak niet de eerste doelstelling is.

You May Also Like